dinsdag 7 augustus 2018




JANITSAREN

Al jaren rommelt het bij de Amsterdamse Brandweer. Leiding en manschappen voeren een verbeten machtsstrijd die ook de voormalig politiechef Leen Schaap niet onder controle weet te krijgen. De volgende die het mag proberen is de generaal b.d. Peter van Uhm, voormalig commandant van de Nederlandse Strijdkrachten. Dat er zo'n hoge piet aan te pas moet komen zegt iets over de ernst van de situatie.
Het komt vaker voor dat elitekorpsen een staat in de staat gaan vormen. Ook niet zo gek natuurlijk. Elitekorpsen hebben doorgaans een wit voetje bij de leiding. Zij beschikken over kundigheden waar niemand anders over beschikt, zij hebben het materieel dat daarbij hoort en ze vervullen vaak onontbeerlijke taken zonder wie de leiding machteloos is. Al deze kwalificaties passen op het Amsterdamse Brandweerkorps. Een grote specialistische organisatie die onmisbaar is.
Manschappen die dat in de gaten hebben gaan zoeken naar wegen om die macht te verzilveren, en autocratisch gedrag, conflicten  met de leiding en eigenmachtig optreden zijn het gevolg. De details ken ik niet maar in Amsterdam schijnt iets dergelijks aan de hand te zijn. Inmiddels vrijwel onbeheersbaar.
Altijd leuk als je dan je geschiedenis een beetje hebt bijgehouden. De casus Amsterdam deed me onmiddelijk denken aan de Janitsaren in het Ottomaanse Rijk, de voorloper van het moderne Turkije. Het Ottomaanse rijk kwam op in de elfde eeuw toen Turkomaanse nomadenstammen vanuit de Centraal Aziatische steppen naar het Westen trokken en langzaam heel Klein Azië veroverden. Hun uiteindelijke doel was de verovering van de stad Constantinopel, toen in handen van de Byzantijnse keizer, maar dat lukte ze pas in 1453. Van toen af heette de stad Istanbul. 
Het Korps Janitsaren bestond toen al lang en maakte een bloeiperiode door. Het bestond voornamelijk uit krijgsgevangen mannen en jongens uit de landen rondom Turkije. De leden van het korps kregen een harde opleiding en vormden uiteindelijk wat wij nu de commandotroepen noemen. De elite van het Turkse leger. Ook die elite ging zich steeds sterker voelen, begon zich ook in politieke zaken te roeren en kwam regelmatig in opstand. Die alleen kon worden bezworen als er weer eens een grootvizier werd onthoofd. Ook als de sultan dat eigenlijk niet wilde. Eeuwen lang ging dat zo door tot in de negentiende eeuw Sultan Mahmut II het leger wilde moderniseren, waar de Janitsaren fel tegen waren. Ze kwamen in 1826 in opstand. De sultan zorgde ervoor dat ze zich massaal gingen verzamelen in de renbaan. Toen dat gebeurd was sloot hij alle uitgangen hermetisch af en opende  vanuit verdekte artilleriestellngen een hels vlakbaanvuur op hen. Zo maakte de sultan voorgoed een einde aan de macht van de Janitsaren. Er bleef er niet één over.

Generaal van Uhm kent dat verhaal.



Knar