maandag 6 juli 2009



VERLIES


Bij de recente verkiezingen voor het Europese Parlement heeft de Partij van de Arbeid schrikbarend verloren. Ze had zeven zetels, nu zijn het er drie. Voor een grote sociaal-democratische partij die in Nederland ooit toonaangevend was is dat een geweldige schok. Dat bleek ook. Onmiddelijk werd een onderzoek ingesteld naar het hoe en waarom. Sharon Dijksma - ze doet me altijd denken aan het boerinnetje in de film “Babe” - zou dat varkentje wel even wassen.
Nu vind ik dat al niet slim. Iedereen ziet van verre dat zo’n staatssecretaris uit eigen gelederen nooit de hele, waarschijnlijk bittere waarheid aan het licht zal brengen. Veel te veel te verliezen. De Partij van de Arbeid ziet dat niet. Kwetterend van opwinding kwam de staatssecretaris al na korte tijd met een brief (nee nee, geen rapport deze keer!) waarin stond dat “Alles Was Misgegaan Wat Maar Kon Misgaan”. En daardoor kwam het.

Tragische conclusie. En wel om meerdere redenen.
In de eerste plaats gelooft niemand dat bij een grote, strak georganiseerde politieke partij die al decennia lang in het centrum van de macht staat en beschikt over een volprofessioneel partijbureau en wetenschappelijk instituut “alles mis gaat”. Dat kan gewoon niet. Zelfs bij de junioren van de voetbalclub te Surhuisterveen (sorry boys) gaat nooit “alles mis”.
Maar de conclusie is ook nog tragisch om een heel andere reden.
De sociaal-democraten die in Nederland ooit zo'n prominente rol speelden, die zulke voortreffelijke leiders voortbrachten, decennia lang gedragen door de werkers die geloofden in een betere wereld voor zichzelf en hun kinderen, vluchten nu voor de verklaring van hun jammerlijke verlies in een instrumentalisme waarvan de knulligheid alleen maar tot verbijstering kan stemmen.
Al lang werd de socialisten hun verbeten geloof in een maakbare samenleving verweten. Na “Dijksma” moeten we constateren dat dat geloof nog niets aan belang heeft ingeboet. Door de procedures, het geld, de lijsttrekker, de steun aan de lijsttrekker, de late start, de verwarring enzovoort zou het zijn misgegaan. De instrumenten waren niet goed, de partij wel. Even aan de knoppen draaien en stralend de gemeenteraadsverkiezingen tegemoet. Dat is kort samengevat de boodschap van de staatssecretaris.
Hoe blind kun je zijn.
In werkelijk is het juist de partij zelf die een probleem heeft. De kiezer herkent haar al lang niet meer als een partij die er is voor de mensen, een partij die ook nog maar iets met sociaal-democratie te maken heeft. De kiezer ziet een partij die na het paarse avontuur en de moord op Fortuyn in complete verwarring is geraakt en nu nog slechts bezig is met het warm houden van het pluche. De kiezer komt daarvoor z’n bed niet uit.

Tijd voor een nieuwe “brief”?


Knar