dinsdag 12 april 2016




R.I.P.

 


Voor de tweede keer lees ik het boek "De laatste echte schippers" van Hylke Speerstra. De eerste keer las ik het in negentienvierenzeventig nadat ik het van mijn vrouw had gekregen als cadeautje voor een examen waarvoor ik geslaagd was. Ik was in die tijd gek van de klassieke zeilvaart met rond- en platbodemschepen.
Het boek bestaat uit een verzameling verhalen van oude schippers die nog actief zijn geweest in de zeilende binnenvaart van voor- tot kort na de Eerste Wereldoorlog. Voor mij niet zo ver weg want mijn beide grootouders van vaders kant kwamen van zo'n scheepje. Ik herken veel in de verhalen, vooral van de mentaliteit van die schippers, die bij ons nog lang heeft nagezongen in de familie. Door mijn vader, die nog op het water is geboren, zij het in een tot woonark omgebouwd scheepje dat bij de brug lag waar mijn opa brugwachter op was.
Mijn vader is drieënnegentig geworden en twee jaar geleden overleden. Hij en ik hadden het niet breed met elkaar en pas na zijn dood is me duidelijk geworden dat er tussen ons een leven lang een ellendig misverstand heeft geheerst dat in tien minuten opgelost had kunnen worden als hij maar één keer zijn mond had opengedaan. Maar zijn steile trots verhinderde dat en zo zijn we uit elkaar gegaan.
Nu ik het boek van Speerstra weer lees komt die mentaliteit weer op me af. Steenhard, niet toegeven, de kop in de nek, niet voor een ander onder doen, elkaar letterlijk de loef afsteken. Het had allemaal zijn redenen. Zeilschipper was een hard beroep. De strijd met de elementen vergde zijn tol. De strijd om het bestaan niet minder. Doorgaans slecht geschoold (voor schipperskinderen was er geen schoolplicht) waren ze nogal eens het slachtoffer van oplichting en bedrog. Dat maakt hard en argwanend. En trots en onbuigzaam. Zoals mijn vader, zelf toch nooit schipper geweest. Een leven lang vast geloofd in wat vader en moeder hem over het geloof hadden geleerd en dan sterven met alleen ongelovige kinderen rond je bed. Die naar buiten kijken als je vraagt of we elkaar weer zullen zien. Waarvoor die kinderen ook weer hun redenen hadden.
Nu de scherpe kantjes van ons conflict er wat afgaan krijg ik meer en meer medelijden met hem. Hij moest het doen met wat hij geleerd had, hij was niet de bolleboos die wel even "de eigen geestelijke ontwikkeling ter hand zou nemen". Hij luisterde naar vader, zoals het hoorde in die kringen. Ook al waren ze al lang geen schippers meer.
In zijn tijdsgewricht voldeed dat niet. Wat hij niet heeft begrepen.

Requiescat In Pace.




Knar